donderdag 27 maart 2025
NVM-mondhygiënisten negatief over initiatief KNMT ABC Mondzorgassistenten
NVM-mondhygiënisten kan zich volstrekt niet vinden ind e publicatie van de ABC-structuur door de KNMT en dan in het bijzonder over de competenties die een ‘paro-preventieassistent C’ worden toegeschreven. In het ‘kwalificatieprofiel Paro-preventieassistent C’ is terug te lezen dat de paro-preventieassistent zelfstandig een risico-inschatting kan maken, de recall-termijn kan bepalen, mondonderzoek weke delen en zachte delen uit kan voeren en op basis van onderzoek en analyse oorzaken kan identificeren. Ook heeft een ‘paro-preventieassistent C’ specialistische kennis van leefstijlfactoren op de mondgezondheid, systemische ziekten en de werking van het afweersysteem. NVM-mondhygiënisten is van mening dat deze competenties niet passen bij een MBO opgeleide professional. Maar ook bij de ‘preventieassistent B’ zijn in het competentieprofiel taken opgesteld die NVM-mondhygiënisten niet passend vindt. Zo zou een preventieassistent B zelfstandig een preventieplan kunnen opstellen. Wij vinden dat het opstellen van een preventieplan geen passende taak is voor ondersteunend personeel.
NVM-mondhygiënisten is geen tegenstander van de preventie-assistent, maar stelt als voorwaarde dat de preventieassistent voldoende opgeleid is en goed begeleid wordt bij de uitvoering van taken. De preventie-assistent moet worden ingezet, zoals hij is bedoeld: als assistent in de preventie. Dat zal dan ook altijd moeten gebeuren onder verantwoordelijkheid en onder aansturing van een verantwoordelijke zorgverlener. Omdat het om preventie gaat, is dat bij uitstek de mondhygiënist.
De inzet van de paro-preventieassistent C keurt NVM-mondhygiënisten af. De problematiek bij parodontitis is zo complex dat NVM-mondhygiënisten de korte verdieping op de cursus preventieassistent B tot paro-preventieassistent C niet passend vindt en is van mening dat een complexe aandoening als parodontitis behandeld dient te worden door een mondhygiënist.
Een scheve verdeling van bevoegdheden
Het is opmerkelijk hoe de KNMT een verschil in zelfstandigheid toekent aan verschillende groepen binnen de mondzorg. Aan de ene kant wordt ondersteunend personeel, zoals paro-assistenten, na een relatief korte opleiding van slechts 24 dagdelen bevoegd gemaakt om zelfstandig onderdelen van het paroproces uit te voeren. Aan de andere kant blijft de KNMT negatief ten opzichte van het toekennen van zelfstandige bevoegdheden aan mondhygiënisten voor drie specifieke taken waarvoor zij in vier jaar tijd op hbo-niveau zijn opgeleid. Dit ondanks het feit dat het experiment Tijdelijke Zelfstandige Bevoegdheid Mondhygiënisten succesvol is verlopen, geen klachten heeft opgeleverd en mondhygiënisten prima in staat blijken deze taken zelfstandig uit te voeren.
Deze scheefgroei roept vragen op over de proportionaliteit en waardering van opleidingsniveau en expertise binnen de mondzorg. Waar paro-preventieassistenten C na een korte cursus al aanzienlijke zelfstandigheid krijgen, worden mondhygiënisten met een veel diepere en bredere opleiding beperkt in hun bevoegdheden. Dit lijkt een onevenredige verhouding te creëren en doet afbreuk aan de erkenning van de professionele kwalificaties van mondhygiënisten.
Als beroepsgroep is het essentieel om deze onbalans onder de aandacht te brengen en gezamenlijk te pleiten voor een logische verdeling van bevoegdheden, gebaseerd op opleidingsniveau en bewezen bekwaamheid. Alleen zo kunnen we ervoor zorgen dat de kwaliteit van zorg gewaarborgd blijft en dat professionals naar waarde worden geschat.
Uiteraard zet NVM-mondhygiënisten zich in voor een goede samenwerking binnen de mondzorg, waarbij een evenwichtige en gelijkwaardige taakverdeling essentieel is – zeker in tijden van personeelstekorten. Echter, aan kwaliteit mag nooit getornd worden.
